Het is veertien jaar geleden dat ik de Belgische journaliste Frieda Joris interviewde over haar borstkanker voor mijn boek Bekend met Kanker. Ik vergeet nooit meer hoe ze vertelde dat ze als borstkankerpatiënt in een andere wereld belandde, letterlijk het gevoel had aan de andere kant van het glas te zitten en er zo naar verlangde om weer bij de normale wereld te horen. Ik zag het zo voor me, ik vond het een aangrijpend beeld. Inmiddels weet ik zelf, het is inderdaad een andere wereld. De eerste keer dat ik de gloednieuwe chemo-polie in het ziekenhuis opliep, schrok ik ook. De grote, comfortabele stoelen waar de patiënten in lagen, de verpleegkundigen die rondliepen met verschillend gekleurde zakjes chemo alsof het vers gebakken broodjes waren, de hoofden van de patiënten die werden behandeld voor de cold cap-methode om haaruitval te voorkomen, het mooi Hollandse licht (het zit op de bovenste verdieping), de bijna serene stilte, de lieve blikken, de vaak gesloten ogen. Ik zag dat het mooi was, maar ik aarzelde om er een stap binnen te zetten. Dat werd dus mijn nieuwe wereld. Confronterend.
Inmiddels ben ik er aan gewend geraakt, zo gaat dat, de mens past zich aan. Nu nemen de verpleegkundigen me als PR agent mee naar nieuwe patiënten als die meer willen weten over de voordelen van de port-a-cath en maken we flauwe grappen. Bij de fysio sport ik twee keer per week tussen mensen met uitdagingen en kale hoofden in plaats van met opgepompte mannen en superstrakke vrouwen. Ook daar ben ik inmiddels aan gewend geraakt en loop ik zonder blikken of blozen met mijn witte handschoenen tegen het chemo-zweet naar mijn lievelingsfiets. Deze “andere” werelden wennen echt, en vind ik eigenlijk heel bijzonder. Wat een mooie beroepen hebben de mensen die “ons” zo elke dag weer onvermoeibaar helpen. Die het ons makkelijker maken, die ons beter maken.
Ook wen ik inmiddels een beetje aan de blikken in de werld waar mensen er niet aan gewend zijn. Als ik ergens fiets, wandel of binnenkom. Blijkbaar is het met mijn headwrap of tulband toch duidelijk dat ik iets in de kankersferen heb. Het staren is soms intens. Zelfs Dirk valt het op. En andersom is het soms vreemd als er wordt gedaan alsof het heel normaal is dat ik er zo bijloop. Begin ik dan zelf over mijn situatie? Of laat ik het zo? In mijn nieuwe schilderklas bijvoorbeeld, vond ik het ook zo wat om de aandacht te vragen, mijn keel te schrapen en over mijn borstkanker te vertellen. Heb ik dus niet gedaan. Iedereen pakte gewoon zijn schildersezel en ging aan de slag. Dus ik ook. En eigenlijk was dat ook prettig. Als iemand het wil weten, hoor ik het wel. Want verder bevind ik me gewoon aan dezelfde kant van het glas als iedereen. En ik ben vast veranderd door deze intense ervaring, maar ook nog erg hetzelfde gebleven. (Althans, dat hoor ik van mijn ouwe vriendinnen.) We leven in een wereld met (gelukkig) heel veel gezonde mensen, maar ook met vrouwen met borstkanker die maanden kaal en ziekelijk zijn, met mannen met spastische benen die bijna van hun fitnessfiets afvallen, met jonge meiden met een tekort aan longinhoud die een ijzeren long meedragen, met oude vrouwen die nog geen acht stappen zonder looprekje kunnen zetten. En die wereld met al die verschillende mensen is juist prachtig! En één geheel.
Mooi verwoord😘
😘😘😘
😘
😘 terug
Hoi Willemijn ,ja als je zoiets meemaakt kom je vaak anderen tegen die ook in diezelfde situatie verkeren !maar ook is er de confrontatie met de gezondheid en onbegrip en nieuwsgierigheid .. dat schilderen is fijn .het is n ontspannen bezigheid .ik ben ook al n jaartje of 2 ermee bezig ! Ik ga je opzoeken over n paar weken .
Moet vaak aan je denken …😘😘
Je snapt het zo goed, lieve Victoire! Tot gauw! 😘
Mooi geschreven Willemijn. Zijn inderdaad 2 verschillende werelden . Iets wat niet iedereen uit eigen ervaring kan zeggen. Geniet van de mooie momenten met je jongens !
Groetjes, Maarten😘
Liefs terug, ook van je neefjes! 😘
Heel herkenbaar! Ik ben al wat verder in het proces maar ik vind de communicatie ook erg confronterend. Als mensen vragen hoe t gaat, kijk ik ze eerst onderzoelend aan: Vragen ze “gewoon” hoe t gaat ? Of weten ze van de situatie en vragen ze het daarom? Als ze het niet weten, ga ik het dan vertellen of
toch maar niet? Waarom eigenlijk niet en waarvoor ben ik dan eigenlijk bang?
Gelukkig helpt het wel om hierover ook eens met een deskundige te praten… alle hulp is welkom in dit proces! Op naar een gezonde toekomst en hopelijk veel levenslessen rijker !😀
Ja, lieve Carry, wat een proces, he. Maar we krijgen er zoveel ervaring en inzichten voor terug, we worden er rijker van! 😘